d. De generale synode

 

Artikel 58
Het ressort van de generale synode wordt gevormd door de gezamenlijke kerken van de particuliere synoden.

|216|

 

Het ressort van de generale synode

Met dit artikel begint de afdeling, die betrekking heeft op de generale synode. Daaraan worden niet minder dan acht artikelen gewijd. Dit is het eerste wat moet opvallen, wanneer men de oude kerkorde ter vergelijking er naast legt. In haar handelt slechts één artikel over de generale of liever, gelijk zij daarin wordt genoemd, nationale synode. Dit verschijnsel behoeft niet te verwonderen. Want in de zeventiende eeuw heeft de generale synode niet de gelegenheid gekregen tot ontwikkeling te komen, om de eenvoudige reden dat zij na de beroemde Dortse synode (1618/’19) nooit weer is samengekomen. De Overheid heeft zulks toen verhinderd, hoewel van de zijde der kerken meermalen pogingen in het werk zijn gesteld haar te doen bijeenroepen. Wanneer het anders was geweest en de generale synode toen haar normale plaats in het kerkelijk bestel had kunnen innemen, zou, naar mijn vaste overtuiging, in de kerkorde allengs een groter aantal bepalingen zijn opgenomen dan thans het geval is. Het spreekt daarom vanzelf, dat bij de herziening van de kerkorde in die leemte moest worden voorzien. Dit is in werkelijkheid gebeurd, en wel in aansluiting bij de praktijk, welke in het desbetreffende opzicht in de nieuwere tijd was gegroeid en die voorlopig al tot uitdrukking was gekomen in een aantal synodale beslissingen.

Artikel 50 in de oude kerkorde luidt als volgt: De nationale synode zal ordinairlijk alle drie jaren eens gehouden worden, ten ware dat er enige dringende nood ware om de tijd korter te nemen. Tot deze zullen twee dienaren en twee ouderlingen uit elke particuliere synode afgezonden worden. Voorts zal de kerk, die last heeft om de tijd en de plaats der generale synode aan te wijzen, zo dezelve naar het oordeel van ten minste twee particuliere synoden binnen de drie jaren te beroepen ware, met advies of onder goedkeuring van haar particuliere synode van de tijd en de plaats besluiten. De elementen, welke in dat artikel worden aangetroffen, keren ook terug in de artikelen van de herziene kerkorde, zoals nader zal blijken. Maar reeds hier zij er op gewezen, dat het grootste gedeelte van het aangehaalde artikel betrekking heeft op de formele kwesties van de tijd van samenkomst en van de bijeenroeping der synode.

Een bepaling als in artikel 58 staat opgenomen, ontbreekt in de oude kerkorde. Zij is analoog aan de bepaling in artikel 49 ter zake van het ressort van een classis en in artikel 53 ter zake van het ressort van een particuliere synode. Hier wordt nu uitgesproken dat het ressort der generale synode gevormd wordt door de gezamenlijke kerken van de particuliere synoden. Nadere bepalingen over eventuele wijziging en splitsing van het ressort, gelijk in de artikelen 49 en 53 voorkomen, zijn hier overbodig. Onder de generale synode vallen nu eenmaal alle kerken.

Men zou misschien de opmerking kunnen maken, dat het hier een zo vanzelfsprekende zaak raakt, dat heel de bepaling in dit artikel overbodig kon worden geacht. Toch geloof ik niet, dat het juist zou zijn dit artikel te schrappen. Reeds de evenredigheid moet er toe nopen het te handhaven.

|217|

Maar er is verder nog dit belang mede verbonden, dat duidelijk wordt aangegeven dat alle kerken om onder het ressort van de generale synode te vallen, moeten ondergebracht zijn onder een van de particuliere synoden. Een op zichzelf staande kerk kan niet rechtstreeks onder de generale synode vallen. Voorts zou ik in dit verband nog willen wijzen op de bijzondere positie, welke de kerken in Bentheim en Oost-Friesland innemen. Aan deze kerken zijn onder bepaalde beperkingen de rechten van een particuliere synode verleend. Maar het is de vraag, of zij daarom beschouwd kunnen worden deel uit te maken van het ressort van de generale synode. Dit ressort moet zich beperken tot het gebied van Nederland. Alleen in Nederland kan de generale synode er aanspraak op maken een eigen rechtsfiguur te zijn. In het Duitse rijk bezit zij geen enkele mogelijkheid om handelend deel te nemen aan het rechtsleven. Voor de duidelijkheid ware het daarom misschien goed, dat in artikel 58 nog een kleine toevoeging werd opgenomen. Het ressort van de generale synode wordt gevormd door de gezamenlijke kerken van de particuliere synoden in Nederland.


Nauta, D. (1971)


COMMENTAAR OP
Kerkorde GKN (1971) Art. 58