|85|
[B24 roeping van ouderlingen
en diakenen
B24.1 De roeping van ouderlingen en diakenen bestaat uit de
verkiezing, de benoeming, de goedkeuring daarvan en de
bevestiging. Daarbij worden de kerkorde en de plaatselijke
regeling in acht genomen.
B24.2 Met het oog op de verkiezing wordt de gemeente in
de gelegenheid gesteld om vooraf te attenderen op personen die
geschikt worden geacht voor het ambt van ouderling of diaken.
B24.3 De kerkenraad met diakenen toetst zowel de geschiktheid als
de beschikbaarheid van de te kandideren personen.
B24.4 De kerkenraad met diakenen stelt ter verkiezing een dubbel
aantal kandidaten. Slechts bij uitzondering is verkiezing uit
minder dan een dubbel aantal kandidaten mogelijk.
B24.5 Na de verkiezing door de belijdende leden van de gemeente
vindt de benoeming plaats door de kerkenraad met
diakenen. Slechts bij uitzondering kan benoeming zonder
verkiezing plaatsvinden.
B24.6 Ontheffing van een benoeming kan slechts worden gevraagd
wegens gegronde redenen.
B24.7 De goedkeuring van de gemeente wordt verkregen als
de namen van de benoemde personen op twee achtereenvolgende
zondagen zijn afgekondigd en er vanuit de gemeente geen gegrond
bezwaar tegen hun leer of leven wordt ingebracht.
B24.8 De bevestiging vindt plaats in een kerkdienst met gebruik
van het daarvoor bestemde formulier.]
B24 roeping van ouderlingen
en diakenen
B24.1 De roeping van ouderlingen en diakenen bestaat uit de
verkiezing, de benoeming, de goedkeuring daarvan en de
bevestiging. Daarbij worden de kerkorde en de plaatselijke
regeling in acht genomen.
B24.2 Met het oog op de verkiezing wordt de gemeente in
de gelegenheid gesteld om vooraf te attenderen op personen die
geschikt worden geacht voor het ambt van ouderling of diaken.
B24.3 De
kerkenraad met diakenen toetst de geschiktheid van de te
kandideren personen en let op wettige redenen van
verhindering.
B24.4 De kerkenraad met diakenen stelt ter verkiezing een dubbel
aantal kandidaten. Indien dit niet mogelijk is, volstaat
een kleiner aantal.
B24.5 Na de verkiezing door de belijdende leden van de gemeente
vindt de benoeming plaats door de kerkenraad met
diakenen. Bij
uitzondering kan benoeming zonder verkiezing
plaatsvinden.
B24.6 Ontheffing van een benoeming kan slechts worden gevraagd
wegens gegronde redenen.
B24.7 De goedkeuring van de gemeente wordt verkregen als
de namen van de benoemde personen op twee achtereenvolgende
zondagen zijn afgekondigd en er vanuit de gemeente geen gegrond
bezwaar tegen hun leer of leven wordt ingebracht.
B24.8 De bevestiging vindt plaats in een kerkdienst met
gebruik van het
formulier.
1. B24 is nagenoeg ongewijzigd. Omdat er voor ouderlingen en diakenen geen met de GRP vergelijkbare generale regeling beschikbaar is, blijft er meer in de KO staan.
2. De toetsing van geschiktheid en beschikbaarheid in B24.3 lijkt niet door iedereen goed te zijn opgevat. Het feit dat er op beide punten getoetst wordt, impliceert niet dat daarmee elk beroep op onbeschikbaarheid op voorhand gehonoreerd zou worden. Het gaat er wel om dat de kerkenraad met diakenen bij de talstelling zo goed mogelijk is geïnformeerd. Om deze bedoeling beter tot zijn
|86|
recht te laten komen, hebben we in Werkorde 2 de formulering aangepast in die zin dat de geschiktheid wordt getoetst en dat er op wettige redenen van verhindering wordt gelet. Wij benadrukken nog eens de samenhang tussen B24.3 en B24.6: als bij de kandidaatstelling de geschiktheid is getoetst èn er is zo goed mogelijk gelet op de beschikbaarheid, dient een ontheffingsverzoek vervolgens terughoudend te worden bejegend. Het is dus een proces naar twee kanten.
3. In B24.4 wordt wat meer ruimte geboden aan een kleiner getal dan een dubbeltal.