|87|

[B27 schorsing en afzetting ouderlingen en diakenen
B27.1 Een ouderling of diaken die een openbare of in ander opzicht ernstige zonde begaat, in strijd handelt met het ondertekende bindingsformulier of de kerkelijke vermaning hardnekkig verwerpt, wordt door de kerkenraad geschorst.
B27.2 De kerkenraad besluit niet tot schorsing dan na instemming van de kerkenraad van de naburige kerk.
B27.3 Een schorsing geldt voor ten hoogste een periode van drie maanden.
B27.4 De kerkenraad beslist of na de schorsing afzetting moet volgen.
B27.5 De kerkenraad besluit niet tot afzetting dan na instemming van de kerkenraad van de naburige kerk.]

B27 schorsing en afzetting ouderlingen en diakenen
B27.1 Een ouderling of diaken die een openbare of in ander opzicht ernstige zonde begaat, in strijd handelt met het bindingsformulier of de kerkelijke vermaning hardnekkig verwerpt, wordt door de kerkenraad geschorst.
B27.2 De kerkenraad besluit niet tot schorsing dan na instemming van de kerkenraad van de door de classis aangewezen naburige kerk.
B27.3 Een schorsing geldt voor ten hoogste een periode van drie maanden.
B27.4 De kerkenraad besluit of na de schorsing afzetting moet volgen. Voor de afzetting is voorafgaande goedkeuring van de classis vereist.
B27.5 vervallen

Toelichting B27

1. B27.5 is in Werkorde 2 opgenomen als tweede zin in B27.4. Zodoende kan B27.5 zelf vervallen.

2. Het komt ons voor dat afzetting van een ouderling beter via de classis dan de naburige kerkenraad kan lopen. Het betreft hier toch een ingrijpende maatregel, zodat het bredere oordeel van de classis gewenst is. Daarom is in B27.4 de vereiste goedkeuring van de classis vermeld. Zie ook de MvT2 bij B21.


Rapport dHKO (2011)


RAPPORT BIJ
Kerkorde GKv (2014) B28