|152|
[H1 vaststelling en
wijziging kerkorde
H1.1 Deze kerkorde is in eerste lezing vastgesteld door de
synode van Harderwijk 2011 en in tweede lezing door de synode
..
H1.2 Wijziging van deze kerkorde kan alleen plaats vinden
door de synode met inachtneming van de generale regeling.]
H1 vaststelling en wijziging
kerkorde
H1.1 Deze kerkorde is in eerste lezing vastgesteld door de
synode van Harderwijk 2011 en in tweede lezing door de synode
..
H1.2 Wijziging van deze kerkorde kan alleen plaats vinden
door de synode met inachtneming van de generale regeling.
1. In MvT1 is bij H1.1 verwezen naar Acta art. 19 GS Zuidhorn
2002. Er is reden om hierop wat uitgebreider terug te komen. De
GS Zuidhorn maakt onderscheid tussen twee trajecten:
a. voorstellen die slechts tot tekstuele aanpassingen van de
KO leiden. Deze kunnen door de synode zelf worden gerealiseerd,
zonder de eis dat het voorstel vooraf aan de plaatselijke kerken
ter kennis is gebracht;
b. voorstellen voor algehele herziening van de KO of tot
inhoudelijke herziening van afzonderlijke bepalingen van de KO.
Deze behoren tijdig in de kerkelijke weg te worden voorbereid,
vervolgens ter synode in eerste lezing te worden vastgesteld,
daarna op classisniveau aan de kerken te worden voorgelegd,
waarna dezelfde synode de teksten in tweede lezing definitief
vaststelt.
Een amendement om de 2e lezing voor te leggen aan de volgende
synode, werd niet gesteund. De GS Zuidhorn wilde met zijn
besluitvorming de snelheid van afhandelen bevorderen.
2. Wij menen dat bij een herzieningsoperatie van deze omvang het
beter is om de vaststelling in twee lezingen door twee
opeenvolgende synodes te laten plaatsvinden. Dit biedt een aantal
voordelen:
a. er is meer ruimte om de 1e lezing voor consultatie voor
te leggen aan de kerken;
b. er is gelegenheid om de generale regelingen, ter
uitvoering van de KO, in concept gereed te maken en aan de
volgende synode voor te leggen;
c. er is meer tijd om zich voor te bereiden op de invoering
van de KO na tweede lezing.
3. Het is van groot belang dat de Werkorde als toekomstige kerkorde goed bekend raakt in de kerken en dat de kerken zich, zowel zelfstandig als gezamenlijk, zorgvuldig kunnen voorbereiden op de inwerkingtreding. Dat is ook in de geest van art. 84 KO1978.
4. Wij delen niet de opvatting in enkele commentaren die menen dat vaststelling in 1e lezing ongepast is indien niet ook de regelingen ter beoordeling staan. De regelingen hebben het karakter van uitvoeringsbepalingen bij de KO. Zij kunnen prima in de tweede ronde worden vastgesteld. Hierbij wordt nog opgemerkt dat het voor een behoorlijk deel reeds bestaande generale regelingen betreft.