01/91 (voorzitter)
Opschorting gevraagd van een beslissing waarbij appellanten zijn ontheven van hun taak bij het zondagsschoolwerk. Verzoek afgewezen - hoewel een terughoudende houding van de CK op grond van de langjarige werkzaamheden voor de zondagsschool geboden was - aangezien opvattingen van appellanten m.b.t. tot de zondagsschool verschillen van die van andere leidinggevenden en het niet in het belang van het werk en van de kinderen is door opschorting wijziging te brengen in de leiding.
01/91
Het zondagsschoolwerk behoort tot de verantwoordelijkheid van de kerkenraad, ook al is die aangesloten bij de NZV en de NWVZ. Deze uiteindelijke verantwoordelijkheid kon niet worden overgedragen toen de kerkenraad in het reglement kinderkerk het zondagsschoolwerk aan de kinderkerk delegeerde. Tot de in ord. 9 neergelegde verantwoordelijkheid behoort dat de kerkenraad maatregelen moet nemen als de voortgang van het werk wordt bedreigd. Daartoe kan behoren het ontheffen van zondagsschoolpersoneel van hun taak.
Terecht is aangevoerd dat op grond van ord. 9-1-3 juncto ord. 2-15 bij gebreke van een plaatselijke regeling niet de CK maar de wijkkerkenraad de zorg voor het zondagsschoolwerk draagt. Het besluit wordt echter niet vernietigd, nu beide wijkkerkenraden volledig in de CK deelnemen en de uitslag (19 voor, 2 tegen, 1 onthouding) ook moet gelden als besluit van de afzonderlijke wijkkerkenraden.