16/85
Bezwaar tegen een besluit van het moderamen van de generale synode, dat een aanvankelijke toezegging van benoeming introk en weigerde door de aanvankelijk benoemde gemaakte kosten ter vervulling van de functie te vergoeden.
Uitspraak: het moderamen dient de kosten te vergoeden die werden gemaakt op grond gerechtvaardigde verwachtingen.
De GCBG laat in het midden of door het benoemingsbesluit een arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen, maar acht de wijze waarop het moderamen achterwege heeft gelaten aan dat benoemingsbesluit uitvoering te geven in strijd met eisen van redelijkheid en billijkheid.