Art. 69. In de Kerken zullen gezongen worden de 150 Psalmen, alsmede de Eenige Gezangen, zooals die zijn gehandhaafd en vastgesteld voor kerkelijk gebruik door de Synode van Middelburg in 1933.
De Hervorming bracht weer het gezang der gemeente; bij Rome zong
alleen het koor.
De gemeente komt samen tot de eredienst en mag dus niet
uitgesloten worden van enige handeling van de dienst.
Strijdt ook tegen deze regel wanneer een koor tegelijk met de
gemeente zingt?
|112|
Calvijn heeft veel gedaan voor de reformatie van het kerkgezang.
Hij verzamelde een bundel psalmen van Clement Marot en Beza, liet
door Louis Bourgeois en Maître Pierre melodieën vervaardigen.
In ons land werd de berijming van Petrus Datheen gebruikt; een
latere poging om die van Marnix van St. Aldegonde in te voeren
mislukte.
In 1775 werd een andere berijming ingevoerd, waaraan vele
gebreken kleven. In de laatste jaren worden krachtige pogingen
aangewend voor betere berijming en andere melodie.
Tot 1905 luidde de redactie: zullen alleen gezongen worden de 150
psalmen Davids, de tien geboden, het onze Vader, de 12 art. des
geloofs, de lofzangen van Maria, Zacharias en Simeon.
In 1905 kwamen erbij: Bedezang voor de predikatie, Morgenzang en
Avondzang en de synode van Middelburg, 1933 breidde het getal uit
tot 29.