11. Mag een predikant van eene buitenlandsche kerk optreden in den dienst des Woords in de Gereformeerde kerk?

 

(1914.)

15. Over het optreden in den dienst des Woords, bij wijze van liefdebeurt, van predikanten uit Gereformeerde kerken in het buitenland hebben onze kerken nooit eene speciale bepaling gemaakt; ’t geen ook inderdaad niet noodig was, omdat art. 3 K.O. reeds voldoende aangaf, dat zulk een predikant dan door onze kerken moest erkend zijn als gequalificeerd tot den dienst des Woords.

Dit nu kan gelden van buitenlandsche kerken of groepen van kerken, met welke onze kerken in vaste correspondentie staan. Maar daartoe behooren in Noord-Amerika, als ik wèl heb, slechts twee kerkverbanden in de Vereenigde Staten, en niet de „Presbyterian Church of Canada”, tot welke A behoort.

Tot voorkoming van moeielijkheden, die wel niet waarschijnlijk, maar toch mogelijk zijn, acht ik het dus veiliger, dat ge A niet laat optreden in eene „samenkomst der gemeente” voor den „dienst des Woords”.

Uwe vraag hoort eigenlijk thuis bij de Generale Deputaten voor de correspondentie met buitenlandsche kerken. Maar nu ge u tot mij wenddet, heb ik uwe vraag toch niet onbeantwoord willen laten.


Rutgers, F.L. (1921)


KERKELIJK ADVIES BIJ
Kerkorde GKN (1905) Art. 5