Actueel
Blog
Video
Organisatie
Profiel
Personen
Fondsen
Deddens kerkrechtstichting
Netwerk en partners
Onderzoek
Onderzoeksprogramma
Publicaties
Lopend promotieonderzoek
Promoveren
Onderwijs
Deddenskamer
D. Deddenskamer
Detmer Deddens
Publicaties van Detmer Deddens
Stichting ‘Prof. Detmer Deddens Kerkrecht Centrum’
Kennisbank
Kerkgemeenschappen
Historisch kerkrecht
Commentaren
Civiel recht
Kerkordes
Bibliotheek
Boeken en brochures
Losse artikelen uit boeken
Artikelen uit tijdschriften
Artikelen uit kerkelijke bladen
Downloads (acta)
Downloads (niet acta)
Materiaal elders online
Trefwoorden
English
Actueel
Blog
Video
Organisatie
Profiel
Personen
Fondsen
Deddens kerkrechtstichting
Netwerk en partners
Onderzoek
Onderzoeksprogramma
Publicaties
Lopend promotieonderzoek
Promoveren
Onderwijs
Deddenskamer
D. Deddenskamer
Detmer Deddens
Publicaties van Detmer Deddens
Stichting ‘Prof. Detmer Deddens Kerkrecht Centrum’
Kennisbank
Kerkgemeenschappen
Historisch kerkrecht
Commentaren
Civiel recht
Kerkordes
Bibliotheek
Boeken en brochures
Losse artikelen uit boeken
Artikelen uit tijdschriften
Artikelen uit kerkelijke bladen
Downloads (acta)
Downloads (niet acta)
Materiaal elders online
Trefwoorden
English
Rutgers, F.L.
Kerkelijke Adviezen I
Genre:
Literatuur
Kampen
J.H. Kok
1921
[Woord vooraf] >
Rutgers, F.L. (1921)
[Woord vooraf]
Kerkenordening
1. Hoeveel belijdende leden zijn er noodig om eene plaatselijke Kerk te institueeren?
2. Welke is de kerkelijke positie van een hulpprediker?
3. Welke plaats bekleeden oefenaars in de kerk?
4. Mag de Classe onderzoek doen naar de beweegredenen voor het predikambt?
5. Wie beroept den Dienaar des Woords, de kerkeraad of de gemeente?
6. Hoe moet het beroepen en bevestigen geschieden bij gecombineerde kerken?
7. Hoe moet gehandeld worden als een candidaat voor het peremptoir examen zakt?
8. Welke zijn de plichten van den Consulent en welke die van de Classe bij het beroepen?
9. De beteekenis van het woord „mitsdien” in het Bevestigingsformulier
10. Kan een predikant der Indische Staatskerk in de Gereformeerde kerk tot den dienst des Woords toegelaten worden?
11. Mag een predikant van eene buitenlandsche kerk optreden in den dienst des Woords in de Gereformeerde kerk?
12. Over approbatie van beroepen door de Classe.
13. Welke is de kerkelijke positie van een predikant in een stichting?
14. Hoe kan men voor missionair-predikant studeeren?
15. Kan een predikant lid zijn van twee verschillende kerken?
16. Wanneer is een predikant, die een beroep naar elders aannam, te beschouwen als losgemaakt van zijne gemeente?
17. Hoe moeten de predikantstraktementen geregeld worden?
18. Om wat redenen mag een predikant losgemaakt worden?
19. Welke is de positie van een emeritus predikant in kerkelijke vergaderingen?
20. Mag een emeritus predikant in een andere gemeente ouderling worden zonder toestemming van zijn kerkenraad?
21. Hoe moeten de emeritaats-gelden geregeld worden?
22. Als een predikantsweduwe hertrouwt en haar man overlijdt voor de kinderen volwassen zijn, heeft zij dan nog recht op kindergeld?
23. Tot welke kerk behoort een predikant, die tijdelijk voor eenigen dienst elders afgestaan, toch voor dien dienst niet gebruikt wordt? Mag hij dan in zijne gemeente blijven?
24. Is een vacante kerk verplicht aan de Classe beurten te vragen?
25. Is de Classe verplicht vacante kerken te helpen?
26. Is een vacante kerk verplicht de hulp der Classe aan te nemen?
27. Hoe werden vroeger de vacatuurdiensten geregeld, en op welke wijze zijn ze nu te regelen?
28. Mag een predikant voor den rechter geroepen worden om te getuigen over wat hij als predikant hoorde?
29. Heeft de kerk rechtstreeks van Godswege toezicht op alle Vereenigingen op Geref. grondslag?
30. Kan het bestuur eener Christelijke School in Indië de bepaling der Regeering over de facultatiefstelling van het godsdienstonderwijs en van godsdienstige verrichtingen aanvaarden?
31. Hoe is de verhouding tusschen de kerk en de Christelijke school?
32. Hoe is ondersteuning uit het suppletiefonds eener Christelijke school te regelen?
33. Is iemand, die zijn kind naar de Openbare School zendt, verkiesbaar tot diaken?
34. Is een predikant, die zijn kind niet naar de Christelijke school in zijne woonplaats zendt, censurabel?
35. Mag de kerkeraad de verkiezingen naar eigen goedvinden regelen?
36. Moeten bij verkiezingen voor den kerkeraad de dubbele getallen vooraf bekend gemaakt worden?
37. Moet voor het deelnemen aan kerkelijke verkiezingen een minimum leeftijd gesteld worden; en mogen degenen, die van het Heilig Avondmaal zijn afgehouden, aan zulke verkiezingen deelnemen?
38. Mogen zieke, of op andere wijze verhinderde lidmaten hun stem voor kerkelijke verkiezingen schriftelijk inzenden?
39. Wanneer worden ouderlingen en diakenen geacht gekozen te zijn? Bij volstrekte meerderheid?
40. Hoe te handelen bij staking van stemmen bij een kerkelijke verkiezing?
41. Is iemand, die in de Hervormde kerk kerkelijke lasten betaalt, verkiesbaar tot het ambt?
42. Is iemand, die ’s Zondags wel eens arbeid verricht, verkiesbaar tot ouderling of diaken?
43. Is iemand, die altijd bij één predikant ter kerk gaat, verkiesbaar tot ouderling?
44. Is iemand, die nooit aan het H. Avondmaal komt, verkiesbaar tot diaken?
45. Moet de bevestiging van kerkeraadsleden, tegen wie bezwaren werden ingebracht, toch doorgaan?
46. Moeten herkozen kerkeraadsleden opnieuw bevestigd worden?
47. Wat te doen, indien de predikant met een deel van den kerkeraad, tegen advies der Classe in, een gekozen ouderling weigert te bevestigen?
48. Wanneer in een plaats, waar nog geen Gereformeerde kerk is, door een genabuurde kerk voor de Gereformeerden in die plaats een evangelisatie wordt opgericht, dragen dan de bijeenkomsten aldaar gehouden een kerkelijk karakter?
49. Kunnen Gereformeerde belijders „inwonende” bij eene genabuurde Gereformeerde kerk, omdat in hunne woonplaats nog geen Gereformeerde kerk is, eigen opzieners hebben? Hoe worden deze dan gekozen?
50. Kan iemand, die verhuist naar een andere plaats, lid blijven van zijne vroegere kerk of daar, zij het tijdelijk, een ambt blijven bekleeden?
51. Welke preeken mogen er gelezen worden en hoe behoort het voorlezen in de kerk of het voorgaan bij leesdiensten geregeld te worden?
52. Mag een ouderling, die na een poging tot „openbare scheurmakerij” met berouw en schuldbelijding tot den kerkeraad komt, geschorst worden?
53. Hoe te handelen, indien kerkeraadsleden publiek partij kiezen in politieke of sociale geschillen?
54. Kan iemand, bij wangedrag zijner kinderen, ouderling blijven?
55. Welke bevoegdheid heeft de Kerkeraad tegenover de diakenen?
56. Kan de Diakonie in finantiëele zaken zelfstandig optreden?
57. Is het Diakenambt, al dan niet, een kerkelijk ambt?
57a. Mogen diakenen de namen der ondersteunden aan andere commissies, vereenigingen enz. mededeelen?
58. Welke kerk moet ondersteuning verleenen aan behoeftige gecensureerde leden, die bij verhuizing geen attestatie overleggen?
59. Zijn aftredende kerkeraadsleden terstond herkiesbaar?
60. De bepaling van den diensttijd der ouderlingen historisch eenigszins toegelicht.
61. Mag een predikant voor den rechter geroepen worden om te getuigen over wat hij als predikant hoorde?
62. Mag de kerkeraad op verzoek van een schuldeischer een gemeentelid, dat zijn schulden niet betaalt, manen tot betaling?
63. Over den oorsprong en de beteekenis van het gebed in de consistoriekamer vóór den dienst.
64. Hoe moet de verkiezing van afgevaardigden naar de Synode geschieden?
65. Welke bevoegdheden hebben Classen en Synoden?
66. Mag een Classe de kerken verplichten tot bijdragen anders dan het Classicale quotum?
67. Wat behoort in de notulen van een kerkeraad te worden opgenomen?
68. Is de kerkeraad verplicht aan buitenstaanders inlichtingen over kerkeraadsbesluiten te geven?
69. Mogen gemeenteleden oordeelen over kerkeraadshandelingen?
70. Wie moet een spoedvergadering van den kerkeraad uitschrijven?
71. Over samenroeping, leiding en rechten van gemeentevergaderingen
72. Maken de diakenen deel uit van den kerkeraad?
73. Hebben de diakenen beslissende stem in tuchtzaken?
74. Over medewerking der diakenen in den kerkeraad.
75. Over de vergadering van den kerkeraad met en zonder diakenen.
76. Is het wenschelijk groote stadskerken in kleinere te splitsen?
77. Over het samenvoegen van twee of meer kerken.
78. Mag eene Synode twee malen achtereen door denzelfden praeses geleid worden?
79. Hoeveel Classisvergaderingen per jaar moet men houden?
80. Over de rechten van de afgevaardigden ter Classis.
81. Over de „korte predicatie” volgens Art. XLI
82. Mogen ook particulieren klachten op de Classe brengen?
83. Over de kerkvisitatie.
84. Kerkelijke deputaten.
85. Wanneer is bij tuchtgevallen of emeritaatsaanvrage door de Classe de hulp der Synodale deputaten in te roepen?