C13 vorming en
toerusting
1. De gemeenteleden zetten zich persoonlijk en gezamenlijk in om
te groeien in kennis van God en inzicht in de Schriften.
2. De kerkenraad schept voorzieningen waardoor de gemeenteleden
permanente toerusting kunnen ontvangen voor het leven met de Here
en de dienst in zijn koninkrijk.
3. Bijzondere aandacht wordt in de toerusting gegeven aan
denkwijzen en invloeden die de zuiverheid van denken en de
heiligheid van de levenswandel aantasten.
1. C13.1 en C13.2 zijn nieuw in de KO. Zij benadrukken het grote belang van vorming en toerusting in de gemeente. Hierbij staan evenals in de volgende artikelen de gemeenteleden en hun roeping voorop en volgt pas daarna de taak van de kerkenraad. De handelende personen in de toerusting zijn de kerkleden zelf. De kerkenraad stimuleert en faciliteert, maar voert – behalve in de verkondiging in kerkdiensten - niet de directie van het toerustingswerk.
2. C13.3 is de opvolger van het oude art. 55 KO1978.