B26 non-actiefstelling
ouderlingen en diakenen
1. Bij dringende noodzaak kan de kerkenraad overgaan tot
non-actiefstelling van een ouderling of diaken.
2. Non-actiefstelling vindt niet of niet langer plaats wanneer
art. B27 van toepassing is.
1. Zie de parallelle bepaling B18 voor de predikant. Ook B26 is nieuw en tot dusver niet kerkordelijk geregeld.
2. Verschil ten opzichte van de non-actiefstelling van de predikant is dat bij de ouderling en diaken geen instemming van de kerkenraad van de naburige kerk is vereist.