|1|
Reformatie der kerken onderstelt ten eerste, dat de kerken Christi zekere forme, gedaante of gestalte hebben, die haar als kerken eigen is; onderstelt ten tweede, dat deze forme, gedaante of gestalte onzuiver kan worden door deformatie of misvorming; en stelt ten derde den eisch, dat deze gedeformeerde, vervormde of misvormde kerken door reformeering of hervorming terug zijn te brengen tot de oorspronkelijke forme, de goede gedaante of normale gestalte, die uit haar wezen voortvloeit en door haar karakter wordt bepaald.