|97|

Artikel 21
Het verband met de Faculteit der godgeleerdheid van de Vrije Universiteit wordt door deputaten van de generale synode onderhouden volgens de overeenkomst, aangegaan met de Vereniging voor wetenschappelijk Onderwijs op gereformeerde grondslag, in welke overeenkomst de wederzijdse rechten en verplichtingen omschreven zijn.

 

Verband met de Vrije Universiteit

Dit artikel behandelt de verwante materie van de opleiding tot de dienst des Woords, voorzover deze geschiedt aan de faculteit der godgeleerdheid van de Vrije Universiteit. Dit artikel telt slechts één lid. Het kan ook veel korter zijn, omdat de hier bedoelde instelling niet van de kerken zelf uitgaat en niet onder haar rechtstreekse verantwoordelijkheid staat. Het enige wat in dit opzicht daarom in de kerkorde regeling behoeft, is de verwijzing naar de overeenkomst, die ter zake met de Vereniging voor wetenschappelijk Onderwijs op gereformeerde grondslag werd aangegaan. In die overeenkomst zelf vindt men de wederzijdse rechten en verplichtingen voldoende omschreven. Daarover behoeft de kerkorde niet uit te weiden. Het enige punt, dat opzettelijk behoort te worden vermeld, betreft de aanwijzing van deputaten, die het verband van de generale synode met de genoemde faculteit moet onderhouden. Hun taak wordt niet nader aangeduid. Zij volgt ten dele uit het bepaalde in de met de genoemde Vereniging aangegane overeenkomst. In hoofdzaak bestaat zij in het oefenen van toezicht op de hoogleraren en andere docenten in de genoemde faculteit en op het door hen gegeven onderwijs. Blijkbaar heeft men het niet nodig geacht dienomtrent het een en ander te bepalen in de kerkorde zelf.

Er moet door de kerken op worden gelet, dat voorzover zij op enigerlei wijze zich in verbinding willen stellen met de faculteit en haar docenten, dit contact behoort te gaan over de hier bedoelde deputaten.