149. Moet een gedwongen huwelijk op Zondag bevestigd worden?

 

(1909.)

256. Wat nu uwe vraag betreft, — in het algemeen acht ik het altijd zeer wenschelijk, dat de kerkelijke huwelijksbevestiging terstond op de burgerlijke volge, en niet eerst eenige dagen later, op den Zondag, geschiedt. En in mijne pastorale practijk heb ik dan ook altijd getracht de menschen daartoe te bewegen. Natuurlijk dan toch ook even goed in het midden der gemeente, doordat de kerkeraad daarvoor een gemeentelijke samenkomst in de week bepaalt, en die Zondags te voren aan de gemeente bekend maakt.

Ik zie niet in, waarom dit in een geval van „gedwongen huwelijk” anders zou moeten zijn. Als de bevestiging en schuldbelijdenis in een gemeentelijke samenkomst wordt gedaan, is die toch precies even goed openbaar en kerkelijk, om het even of er veel of weinig menschen bij komen. De geheele gemeente kan er toch bij tegenwoordig zijn. En de waarschuwing is dan ook precies even sterk, als wanneer zij op Zondag geschiedde.

Indien zij geacht werd, alsdan scherper te zijn, zou ik daarin juist een grond ertegen vinden, want als iemand gezondigd heeft en tot schuldbelijdenis kwam, moet de kerk die schuldbelijding aannemende, dan niet erop uit zijn, den berouwhebbende publiek zooveel mogelijk ten toon te stellen. Eerder het tegendeel; om

|222|

welke reden oudtijds in onze Geref. kerken zulke schuldbelijding dan ook niet in het openbaar geschiedde. Niet, dat ik dat hier nu zou aanraden; maar in ieder geval kan hier de openbaarheid zelve dan ook volstaan.

Aan opzettelijke waarschuwing tegen de hier bedoelde zonde zult ge het, bij catechisatie, catechismusprediking enz., wel niet hebben laten ontbreken; en de ouderlingen ook niet bij huisbezoek, waar volwassen kinderen zijn en er aanleiding is tot waarschuwing.


Rutgers, F.L. (1922)


KERKELIJK ADVIES BIJ
Kerkorde GKN (1905) Art. 70