§ 5.
Nieuw Nederlandsch Kerkregt bij de Hervormden.

Het nieuwe Nederlandsche Hervormde Kerkregt is in onze dagen meer bepaald aanwezig. — In geen vroeger tijdvak toch had de Hervormde Kerk van Nederland in haar geheel zulk een gevestigd Kerkregt, of wel eene bepaalde kerkelijke wetgeving, als thans. Vroeger waren de kerkelijke bepalingen en wetten grootendeels verscheiden in de verschillende Gewesten, Klassen en Steden. Soms uiteenloopende bepalingen waren door de Generale, Provinciale Staten en Stedelijke Magistraten nopens de Kerk, en vooral door de Provinciale Synoden en Klassen voor de onder haar ressorteerende Gemeenten en Kerkeraden gemaakt. In de Plakaatboeken, Staatsresolutiën, Synodale Acten en Klassikale Handboekjes werden dezelve in eene veelvuldige verscheidenheid opgenomen. Hierdoor ontbrak de eenheid. En tevens lag hierin een groot bezwaar voor de bewerking en wetenschappelijke bearbeiding van het Kerkregt.

In het Koningrijk der Nederlanden werd later (1816) ééne Hervormde Kerk geregeld. Van de hoogste kerkelijke vergadering, de Synode, daalde ééne kerkelijke wetgeving af, die, hoezeer voor velerlei verbetering vatbaar, eene vaste, meer bepaalde, regelmaat aan de hand gaf voor de geheele Hervormde Kerk, door de

|15|

Synode vertegenwoordigd. Dezelve is verzameld in een Kerkelijk Handboek (1).

Door dit bestaan ééner beschrevene kerkelijke wetgeving in Nederland, op kleine uitzonderingen na overal gelijk, is, meer dan vroeger, de bouwstof verzameld voor de wetenschappelijke bewerking van het hedendaagsche Nederlandsche Hervormde Kerkregt.


(1) Handboek voor Hervormde Predikanten en Kerkenraadsleden, (door G. van der Tuuk), III Deelen. Leeuw. 1820, 1823, 1827; elk dezer deelen is van zakelijke alphabetische Registers voorzien; terwijl Deel IV, (Leeuw. 1830), de algemeene Registers, bevat op de drie deelen van 1813-1827. Mogt eene beknopte uitgave van deze hoogstbelangrijke Verzameling, in klein 8º. of duodecimo, naar de wijze der burgerlijke en andere wetboeken, het gebruik daarvan vermeerderen! De verdienstelijke Schrijver ga gelukkig voort in de verdere mededeeling!


Royaards, H.J. (1834)