Brinkman, M.E. e.a. (1997)

• Inhoud
• Inleiding
• Episkopè (Houtepen)
• Het bisschopsambt in de vroege kerk (Houtepen)
• De vroeg-middeleeuwse context van bisschop en paus (Angenendt)
• De ambtsopvatting van Huldrych Zwingli (Hauser)
• Oecumenische dialogen over episkopè en het bisschopsambt (Van Eijk)
• De oecumenische gestalte van het bisschopsambt (Houtepen)
• De bisschop praktisch-theologisch bezien (Visser)
• Het ambt als heilzaam symbool in onze cultuur (Brinkman)
• De verzoeking Christus te representeren (Den Dulk)
• Ambt als Christusrepresentatie (Gosker)
• Het ambt, in en uit de tijd (Looman-Graaskamp)
• De zin van het ambt in de kerk (Speelman)
• Gelukkige inconsequentie (Koffeman)
• Wat heet bisschoppelijk? (Hof)
• Kerkhereniging, een vroeg-zeventiende-eeuws model (Van der Pol)
• Zusterkerken: een waarlijk conciliaire episkopè (Houtepen)
• Basis-behoefte (Nijkamp)
• Het ambt naar een katholiek gezichtspunt (Van Eijk)
• Waarom drie ambten in de gemeente? (Immink)
• Een ‘episco-presby-gational’ kerkmodel (Kronenburg)
• Epiloog
• Beknopte bibliografie
• Personalia