Vries, Tj.S. de

7. Vrouw in de kerk in Venezuela

1999

|57|

7. Vrouw in de kerk in Venezuela

door Tjerk S. de Vries

 

 

De kerkdienst

Gaat u even mee naar een kerkdienst in Barquisimeto? Het gaat om een dienst van de Iglesia Cristiana de Fé Reformada in Venezuela. ’s Morgens om negen uur komen de gemeenteleden naar de kerk. Dat is in een grote woning met een enorme binnenplaats. Die binnenplaats is overdekt met golfplaat en daar worden de kerkdiensten gehouden. De gemeenteleden groeten elkaar allemaal. De vrouwen doen dat met een kus.
Daarna gaat men in zes groepen, opgesplitst naar leeftijd, uiteen. Gedurende een uur wordt intensief aan bijbelstudie gedaan, meestal naar aanleiding van een thema dat later in de preek uitgewerkt wordt.

Dan begint de kerkdienst. Een keyboard zorgt voor de begeleiding. Meestal is er een koor, maar op deze zondag zijn veel koordelen vanwege familieomstandigheden buiten de stad. De dochter van de dominee treedt op als voorzanger.
Eerst vindt de introductie plaats. Gezongen wordt Psalm 34. Dan volgt het votum. De predikant leest Psalm 121: 1 en de gemeente zingt het tweede vers. Vervolgens brengt de voorganger de groet.
Hierna volgt de ‘aanbidding van God’. In dit deel van de liturgie wordt door het lezen van een bijbelgedeelte een bepaalde eigenschap van God centraal gesteld, bijvoorbeeld de rechtvaardigheid of barmhartigheid van God.
Dan komt de schuldbelijdenis. Gelezen worden Exodus 20: 6 en Maleachi 1: 6-14. Verschillende gemeenteleden gaan voor in gebed. Dat doen weer anderen na de genadeverkondiging, waarbij Psalm 103: 8-14 wordt gelezen.

|58|

Vervolgens neemt een ouderling de leiding van de dienst over en volgt de lofprijzing en dankzegging.

 

Diaconessen

Een van de twee diaconessen, die links naast de kansel zitten, loopt naar de katheder en leest zoals gebruikelijk een bijbelgedeelte waarin de offervaardigheid of het omzien naar elkaar tot uiting komt. Zuster Gonzalez leest vandaag Galaten 6. Vervolgens gaat ze voor in gebed. Ze doet onder andere voorbede voor de broeders en zusters in Curaçao en Nederland. Daarna volgt de collecte. Die gaat geheel anders dan ik gewend ben: er gaan geen collectezakken door de rijen. Voorin de kerk staan twee mandjes. Het keyboard begint te spelen, de gemeente zingt en rij na rij komt iedereen naar voren. In het eerste mandje deponeert men een envelop waarop de naam van de gever staat vermeld. Vóór de dienst heeft ieder z’n envelop uit een rek gehaald en er geld in gedaan. Dat zijn de tienden die men gewoon is te geven. In het tweede mandje deponeert men geld voor een speciaal doel. Zingend doet iedereen zijn gaven in de mandjes. Dominee Rodriquez sluit de rij, de zang begeleidend met een tamboerijn.
Daarna gaat een andere diacones voor in dankgebed. De ouderling doet nog allerlei mededelingen. Vervolgens is er gelegenheid voor persoonlijke dankzegging. Een zuster komt naar voren en vertelt van genezing in de afgelopen week. Tranen vloeien, maar daar schaamt ze zich niet voor.
Inmiddels is de dienst ruim een uur aan de gang. Dan volgt de preek van ds. Rodriguez. Die gaat over ‘van gebod naar gebed’. Over de relatie wet-evangelie en de aanhef van het volmaakte gebed: ‘Onze Vader’.
Tenslotte ontvangt de gemeente de zegen en zingt men ‘amen’.

 

Gekozen door de gemeente

De gereformeerde kerken in Venezuela kennen diaconessen, officieel door de gemeente gekozen en door de kerkenraad benoemd.
Elders in Venezuela, in de gemeente van Valencia, vertellen ze me over hun taken: bezoekers opvangen in kerkdiensten, voelhorens uitsteken om te kijken wie er nood heeft, financieel bijspringen, praktische hulp geven, collectes administreren, zorgen voor brood en wijn bij het avondmaal (één keer per maand).
Hun prioriteitsvolgorde, als het gaat om degenen die hulp krijgen, is: leden van de kerk, hun familieleden, mensen buiten de kerk. Op mijn vraag hoeveel tijd ze werkelijk nodig hebben voor het werk, antwoorden ze niet

|59|

rechtstreeks: “We zijn altijd ter beschikking. We zijn soldaten met de laarzen aan. Als we nodig zijn, komen we.”
Hun taak ontlenen ze aan 1 Timoteüs 3 en ze hebben onlangs een reglement aangenomen. Ze werken onder leiding van de diacono principal, de diaken van de gemeente.
Veel lden van de gemeente in Valencia, vertellen ze, komen uit een evangelische kerk. Daar speelt de vrouw een rol in het doen van gebeden in de kerk, in het spreken en preken in de kerk. “Daardoor trekken ze het gezag bij de man vandaan en gedraagt de vrouw zich autonoom,” concluderen ze. Zij zijn door onderwijs van de ouderlingen en predikant in hun gemeente tot het inzicht gekomen dat de man gezag moet hebben. Dat gaat dwars in tegen de natuurlijke neiging/rolverdeling in Venezuela, waar de vrouw de touwtjes in handen heeft.
Aan de vrouwen in Nederland willen ze wel een boodschap kwijt: “Wees een hulp voor je echtgenoot, wees op zoek in de kerk naar waar je barmhartigheid kunt bewijzen, ook zonder diacones te zijn. Doe het niet voor jezelf, maar voor de Here.”
In Valencia zijn de diaconessen actief op de achtergrond en zijn ze dus — in reactie op de praktijk in de evangelische kerken — niet zichtbaar in de erediensten.

 

Voor de allerarmsten

In Barquisimeto, de ‘buur’gemeente 170 kilometer verderop, zijn de diaconessen wel nadrukkelijk in de kerkdiensten aanwezig, door een relevante schriftlezing te verzorgen en door voor te gaan in de dienst der gebeden.
De rest van de week zijn ze bezig met de zorg voor behoeftigen binnen, maar vooral buiten de gemeente. In het plaatselijke ziekenhuis, waar de allerarmsten worden verpleegd, zijn ze gewaardeerde bezoekers. Ze bezoeken de zieken en geven geestelijke hulp. Voor mensen die de kosten van een medische behandeling niet kunnen betalen proberen ze het geld bij elkaar te sprokkelen. Daarbij zijn ze zeer inventief in het aanboren van geldbronnen. Dat heeft de ziekenhuisdirectie ook ingezien. De dames hebben toestemming gekregen om in een ruimte van het ziekenhuis een restaurant te beginnen. Hier kunnen familieleden, maar ook personeelsleden van het ziekenhuis, een hapje eten. Vrijwilligers van binnen en buiten de kerk worden aangetrokken om de zaak te runnen. Uit de opbrengt kunnen ziekenhuisbehandelingen van minvermogenden worden betaald.

|60|

Niet ‘uit de zending’

De kerken in Venezuela zijn niet ontstaan door ‘klassiek’ zendingswerk. Het begon allemaal met ds. César Rodriguez. Hij was aanvankelijk diaken in de Rooms-Katholieke Kerk, kreeg steeds grotere bezwaren tegen de rooms-katholieke leer en werd vervolgens voorganger in een evangelische kerk. Daar kreeg hij op een wonderlijke manier een in het Spaans vertaald boekje van de gereformeerde dominee J.C. Janse in handen, over de belijdenis van de kerk. Hij raakte geïnteresseerd en ging de Institutie van Calvijn en andere in het Spaans vertaalde lectuur bestuderen. Hij ging gereformeerd denken. Hij ging gereformeerd preken. Dat werd niet geaccepteerd en naar aanleiding van een preek over de uitverkiezing werd hij op het matje geroepen en uit het ambt gezet.
Nog enkelen verlieten met hem de evangelische kerk en zitten nu bij hem in de gereformeerde kerk. Zijn vrouw runt een klein cateringbedrijf — ze is nu ook de stuwende kracht achter het ziekenhuisproject in Barquisimeto — en voorzag in het levensonderhoud van het gezin. Het was toen 1984. Hij ging kerkdiensten beleggen en inmiddels telt de kerk in Barquisimeto ruim 150 leden. En er zit groei in.

 

Contacten

De gereformeerden in Venezuela willen graag contacten met broeders en zusters elders in de wereld. Ze zijn tenslotte maar met weinigen in zo’n immens groot land als Venezuela. Op een gegeven moment klopten vertegenwoordigers van de Venezolaanse kerken aan bij de Gereformeerde Kerk op Curaçao en vervolgens via Deputaten Betrekkingen Buitenlandse Kerken (BBK) bij de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) in Nederland. Zij zochten kerkelijk contact omdat zij geloofsverbondenheid voelden. De Nederlandse kerken gingen uiteindelijk een zusterkerkrelatie aan met de Iglesia Cristiana de Fé Reformada.

 

Personalia

Tjerk S. de Vries was tot 1993 (eind)redacteur van het Nederlands Dagblad en is thans hoofd voorlichting, PR en fondswerving van de vereniging De Verre Naasten. Hij is eindredacteur van de tijdschriften Tot aan de einden der aarde en Lux Mundi.