Artikel
19

Op de vraag van die van Rotterdam, of de huwelijken, die met uitdrukkelijke woorden, Lev. 18, niet verboden zijn, maar uit tegenstelling en konsekwentie besloten kunnen worden verboden te wezen, voor verboden en ongeoorloofd gehouden zullen worden, is geantwoord: Ja, dewijl zij van gelijke aard en natuur zijn. En voorts op de vraag als de overheid zulk een huwelijk toelaat, wat de minister doen zal, is geantwoord, dat hij de personen niet trouwen zal zonder vrijspraak en schriftelijk bevel van de overheid. En men zal de personen en de overheid van te voren genoegzaam van deze zaken vermanen en waarschuwen.