D55.1 De kerkenraad gaat over tot ambtelijk vermaan wanneer er sprake is van een ernstige zonde waarvan iemand zich niet bekeert.
D55.2 In het vermaan confronteren de ambtsdragers de zondaar met het Woord van God en trachten zij hem in regelmatig bezoek en gesprek liefdevol tot berouw en bekering te brengen.
D55.3 Wanneer de zondaar zijn schuld belijdt, echte tekenen van berouw toont en zich metterdaad bekeert, aanvaardt de kerkenraad daarin zijn verzoening met God en de gemeente. De kerkenraad oordeelt over de mededeling daarvan aan de gemeente.