Een voor 1 mei 2004 door het breed moderamen van de provinciale kerkvergadering verleende goedkeuring voor de beroeping van een predikant voor bijzondere werkzaamheden blijft van kracht, met dien verstande dat deze goedkeuring geacht wordt te zijn gegeven voor de beroeping van een predikant met een bijzondere opdracht als bedoeld in ord. 3-23.