Deel II: Bijzondere overgangsbepalingen

 

Ordinantie 3

De werkzaamheden die ingevolge het bepaalde in ord. 13-30 HKO dienen te worden verricht door het breed moderamen van de provinciale kerkvergadering, worden met ingang van 1 mei 2004 verricht door het breed moderamen van de betrokken classicale vergadering.
De werkzaamheden die ingevolge het bepaalde in ord. 13-30 HKO dienen te worden verricht door de raad voor de predikantstraktementen en –pensioenen, worden met ingang van 1 mei 2004 verricht door het daartoe aangewezen orgaan van de kerk.