Kerkelijke onderzoeken voor beroepbaarstelling en toelating
tot het ambt van predikant
(agenda 3.4)
19-04-02
Commissie: deputaatschap Kerkrecht en kerkorde
Materiaal:
1. Acta GS Leusden art. 43, besluit 1d6 met bijbehorende
grond.
Hierin wordt van te benoemen deputaten Kerkrecht en kerkorde
gevraagd zich te bezinnen op de vraag “wat zijn de consequenties
van het besluit inzake kerkelijke examens art 5 KO?”;
2. rapport van deputaten voor kerkrecht en kerkorde, hoofdstuk
7.
Hierin evalueren zij de regelgeving aan de hand van een ingesteld
onderzoek onder classes, deputaten ad art 49 KO, en hen die zich
onderworpen hadden aan het beroepbaar stellend onder- zoek (BSO)
en/of het toelatend onderzoek (TLO).
Besluit:
1. de tekst van de regelingen en handreikingen BSO en TLO op de
volgende punten te wijzigen of aan te vullen:
a. Het BSO en TLO zullen in hun geheel plaatsvinden in
besloten zitting.
b. Zowel het BSO als het TLO vindt plaats onder leiding van
deputaten kerkelijke onderzoeken.
c. Er zal tijdens het aanvankelijke onderzoek geen
mogelijkheid van verlenging zijn. Als er duidelijke noodzaak
aanwezig is, kan de classis besluiten tot een voortgezet gesprek
op een latere datum.
d. De preken zullen tijdig worden toegezonden aan de
afgevaardigden en de deputaten ad art. 49 KO.
e. De ingeleverde preken mogen niet eerder door een docent
en/of mentor beoordeeld zijn.
f. Tijdens het BSO zal er een gesprek plaatsvinden van
maximaal een half uur naar aanleiding van de motivatiebrief en
een gesprek van maximaal een half uur betreffende de drie tevoren
toegezonden preken, waarbij ook de invulling van de eredienst
betrokken kan worden. Het ‘leer’-gesprek over de Schrift en de
belijdenis duurt maximaal een uur.
2. deputaten Kerkrecht en kerkorde op te dragen een herziene
tekst te leveren voor opname in de Acta (zie Bijlage III 3);
3. in een brief aan de classes mee te delen dat 1 november 2002
geldt als datum van ingang voor de herziene regelingen.
Toelichting:
(ad besluit 1)
1. het karakter van zowel het BSO als het TLO is een toetsing,
die het meest tot zijn recht komt in de veilige sfeer van
een besloten vergadering;
2. de bepaling betreffende de leiding van het BSO en TLO neemt
onduidelijkheid hierover weg;
3. het opnemen van de mogelijkheid van verlenging lokt uit tot
marathon-zittingen, en voor het realiseren van het beoogde
doel is het niet nodig;
4. tevoren inzien van de preken draagt bij aan een evenwichtige
beoordeling;
5. preken moeten zelfstandig werk zijn van de kandidaat, waarvoor
niet anderen ook al qualitate qua verantwoordelijkheid
hebben genomen;
6. de voorgestelde tijden zijn enerzijds voldoende, en anderzijds
evenwichtig verdeeld met het oog op het doel van het
BSO;
(ad besluit 2 en 3)
7. opname van de volledige herziene tekst in de Acta en bepalen
van datum van ingang bevordert rechtsgelijkheid en
rechtszekerheid.
Hoewel de synode het voorstel pas kort voor de behandeling heeft
ontvangen, honoreert zij toch niet een verzoek om uitstel; de
zaak zelf is voldoende voorbereid en door de classes
geëvalueerd.
Aparte aandacht is er voor het onderdeel uit het voorstel van
deputaten dat de motivatiebrief zou worden toegezonden aan de
afgevaardigden en later ingeleverd bij de scriba van de classis,
zodat die de papieren kan vernietigen. Past die vertrouwelijkheid
wel bij een persoonlijk getuigenis? Toch verdient het
aanbeveling, gezien de soms persoonlijke aard van de brief over
de motivatie voor het ambt. Een amendement om de plicht tot
inleveren te laten vervallen wordt aangenomen met 17 stemmen
voor, 15 tegen en 2 onthoudingen.
De suggestie wordt gedaan om de kandidaat te laten voorgaan in
een eredienst waar ook de afgevaardigden van de classis en de
deputaten naar art. 49 KO aanwezig zijn. Dit stuit op praktische
bezwaren. Een amendement in deze richting wordt verworpen met 11
stemmen voor en 3 onthoudingen.