De nadere regeling van de vergaderingen en werkzaamheden des Kerkeraads wordt door provinciale en huishoudelijke reglementen bepaald. 1)
1) Vgl. artt. 16 en 25 Alg. Regl. In 1858 en ’59 werden provinciale reglementen voor de Kerkeraden en na de invoering van het Syn. Reglement op de benoeming, in 1867, herziene provinciale reglementen door de Synode en de Syn. Commissie goedgekeurd. Voor de intrekking van zulk een reglement was (is) de goedkeuring niet vereischt. Zeeland, Friesland en Groningen hebben van die intrekking aan de Synode kennis gegeven.