11 juni 2011

Artikel 26

Effecten herziening kerkorde

Besluit:
een ad-hoc commissie in te stellen en deze op te dragen:
1. een onderzoek te doen naar de bestuurlijke effecten van de wijzigingen die de concept kerkorde voorstelt onder E, kerkelijk samenleven, de punten E3, E4 en E7;
2. te analyseren hoe de genoemde kerkelijke meerdere vergaderingen het best kunnen functioneren uit een oogpunt van:
— omvang en vertegenwoordiging;
— goede aansturing van deputaten;
— adequate en tijdige besluitvorming;
— continuïteit en consistentie;
— kosten;
— vergaderefficiency.
3. dit voor zover nuttig en nodig in samenwerking met deputaten DAO en in samenspraak met de commissie Gelderland/Holland-Noord en deputaten herziening kerkorde te doen;
4. de synode daarover te rapporteren uiterlijk 1 april 2012.

Grond:
de herziening van de kerkorde veroorzaakt een heroverweging van het (bestuurlijke) kerkelijk samenlevingsmodel en doet op dat punt voorstellen. De leeswijzer geeft onder sectie E een goed inzicht hoe ingrijpend die zijn. Het is nuttig en nodig de beoogde effecten van die wijzigingen te kennen alvorens erover te besluiten. Een logische vervolgstap is dan het onderzoek iets uit te breiden naar een meer integrale visie op het (bestuurlijk) kerkelijk samenleven. Bij de behandeling van het nieuwe KO concept

|34|

(na de 2e consultatieronde) kunnen de resultaten van het onderzoek dienen tot ondersteuning of verbetering van de besluitvorming ter zake.

Namens de commissie Gelderland/Holland-Noord introduceert ds. Feijen de tweede versie van de Werkorde met bijbehorende Leeswijzer, zoals die nu naar de kerken kunnen worden gezonden. De Leeswijzer geeft een overzicht van belangrijke wijzigingen; de achtergronden daarvan worden beschreven in de memorie van toelichting. De commissie meent dat deputaten goed geluisterd hebben naar de reacties uit de kerken. Ook als deputaten een opmerking niet hebben gehonoreerd, is in de memorie van toelichting aangegeven waarom dit niet is gebeurd. De commissie constateert een brede belangstelling vanuit de kerken.

Bespreking
Van deputaten zijn aanwezig ds. K. Harmannij, P.T. Pel en prof. M. te Velde. In reactie op vragen wordt duidelijk dat volgend jaar bij de behandeling van de Werkorde versie 3, waarin deputaten de dan binnengekomen reacties vanuit de kerken hebben verwerkt, de synode vrij is in haar besluitvorming, ook wat betreft de zgn. ‘voorvragen’.
De nieuwe memorie van toelichting is complementair op de eerste. Dat moet in de begeleidende brief wel worden opgenomen.
Er is wel nagedacht over een preambule op de kerkorde om het (geestelijke) karakter daarvan weer te geven, maar dit bleek uiteindelijk niet zinvol te zijn.

Van een achttal broeders (J. Feenstra, Knepper, Mars, Mollema, Ophoff, De Vries, Wezeman en Ziedses des Plantes) is een voorstel ontvangen dat beoogt een synodecommissie in te stellen die de consequenties van de nieuwe werkorde in kaart moet brengen, in het bijzonder waar het de bestuurlijke aspecten betreft, zoals het verdwijnen van de PS-en. De commissie stemt in met dit voorstel. Ook deputaten ondersteunen het van harte. De synode neemt het met algemene stemmen aan.

De preses dankt deputaten voor het werk. De Werkorde gaat nu opnieuw de kerken in. We hopen dat de Here wijsheid wil geven.

Naderhand zijn door het moderamen in de commissie benoemd ds. R. ter Beek, J. Feenstra(s), J.A. Knepper en K.Y. Mollema.