Als de beroepsbrief is overhandigd (of toegezonden) heeft de beroepen predikant drie weken om te beslissen. Het antwoord moet schriftelijk worden meegedeeld: als er niet tijdig bericht komt, is het beroep niet aanvaard.
De beslissing op een beroep wordt uiterst serieus genomen. Daarbij geldt: ‘Uw ja zij ja en uw nee zij nee.’ Wie voor een beroep heeft bedankt, kan de eerstkomende twee jaar niet in diezelfde vacature worden beroepen (ord. 3-4-3). Wie een beroep heeft aanvaard, kan van de belofte om over te komen slechts worden ontslagen als daarvoor zwaarwegende argumenten zijn. In dat geval is nodig dat niet alleen de kerkenraad van de roepende gemeente akkoord gaat, maar ook de kerkenraad van de huidige gemeente (ord. 3-5-8).
Na het aanvaarden van het beroep moet er aan een aantal
formaliteiten (die overigens bepaald wel van belang zijn!) worden
voldaan.
- Er dient een dag van bevestiging te worden overeengekomen. Deze
dag moet door de kerkenraad van de roepende gemeente schriftelijk
ter kennis van de beroepen predikant en diens gemeente worden
gebracht (G.R. predikantstraktementen, art. 20-1). De datum van
bevestiging ligt als regel binnen drie maanden na het aanvaarden
van het beroep (ord. 3-5-6). Het is niet goed als een gemeente
eindeloos moet wachten omdat het de predikant beter uitkomt de
overkomst naar de verre toekomst te verschuiven.
- Een dienstdoend predikant voor gewone werkzaamheden moet zelf
een akte van losmaking aanvragen. Deze akte moet mee ondertekend
worden door het breed moderamen van de classicale vergadering.
Een predikant in algemene dienst moet de akte van losmaking
vragen bij de ambtelijke vergadering die hem destijds als
predikant in algemene dienst beroepen heeft (ord. 3-5-5). Deze
akte van losmaking geeft de zekerheid dat er geen kwesties zijn
die de overkomst verhinderen. Het ligt voor de hand dat geen akte
van losmaking wordt afgegeven als er een tuchtprocedure
loopt.
Op de akte van losmaking dient de einddatum te worden vermeld. De
losmaking vindt plaats aan het einde van de dag vóór de
overeengekomen datum van bevestiging (G.R.
predikantstraktementen, art. 20-1).
- Door de roepende gemeente moet vervolgens bij het breed
moderamen van de eigen classicale vergadering approbatie worden
gevraagd. Die verklaring wordt afgegeven als aan alle
kerkordelijke voorwaarden is voldaan (ord. 3-5-6).
|129|
De verbintenis met de (nieuwe) gemeente gaat in op de dag van de bevestiging zoals die was overeengekomen. Dat geldt ook als door bijzondere omstandigheden de bevestiging op die dag (of later) geen doorgang zou kunnen vinden.
De bevestiging vindt plaats in een kerkdienst van de gemeente, met gebruikmaking van een van de orden van dienst (zie § 7.9). De kerkorde spreekt van bevestiging, ook als iemand al eerder in het ambt van predikant was bevestigd. Het dienstboek spreekt in dat geval van ‘verbintenis’.2 De eerste bevestiging geschiedt met handoplegging.
[157] 2. Commissie Dienstboek, Proeven voor de eredienst, aflevering 2. Bevestiging ambtsdragers, Leidschendam/Leusden 1989, 31 en 55-69.