Een college voor het opzicht als bedoeld in ord. 10 zet de
behandeling van de aan hem overgedragen zaken voort
- voor wat betreft de te volgen procedure, met inachtneming van
de van toepassing zijnde bepalingen van ord. 10 en
- voor wat het overige betreft, met inachtneming van de
bepalingen die voor 1 mei 2004 van toepassing waren, tenzij naar
het oordeel van het college aan de zaak het belang is ontvallen
dan wel toepassing van deze bepalingen tot kennelijke
onrechtvaardigheid jegens betrokkenen zou leiden.