De bevoegdheid tot het opheffen van een tuchtmaatregel die voor 1 mei 2004 is genomen, berust met ingang van die datum bij dat kerkelijk lichaam dat na 1 mei 2004 tot het nemen van de maatregel bevoegd is, dan wel — indien de maatregel is opgelegd na beroep — bij het generale college voor het opzicht.