Gebonden aan de plaatselijke kerk.

Art. 15. Het zal niemand geoorloofd zijn, den dienst zijner Kerk onderlatende, of in geenen vasten dienst zijnde, hier en daar te gaan prediken buiten consent en autoriteit der Synode of Classe. Gelijk ook niemand in eene andere Kerk eenige predikatie zal mogen doen of Sacramenten bedienen, zonder bewilliging des Kerkeraads van die Kerk.

Sterk treedt in bovengenoemde bepalingen op de voorgrond, dat de predikant aan een plaatselijke gemeente verbonden is en dat zijn roeping een blijvende is tenzij er gewichtige oorzaken zijn, dat hij tijdelijk of voor altoos die gemeente verlaat.

|52|

Dit komt ook nog uit in artikel 15, volgens hetwelk wij geen rondreizende predikers kennen, tenzij gezonden door classis of synode, bijvoorbeeld om kerken te planten.

Ook mag niemand indringen in een andere gemeente om er de dienst waar te nemen; daar is toestemming van de kerkeraad aldaar voor nodig.