In alle gemeenten, waar het personeel daartoe niet ontbreekt, zal een Kerkeraad zijn. Gemeenten, die, door gebrek aan genoegzaam geschikt en gewillig personeel, geen Kerkeraad kunnen hebben, of wier Kerkeraad tijdelijk de bevoegdheid heeft verloren tot het nemen van besluiten 1), zijn geplaatst onder het toezicht van het Classicaal Bestuur (of, zoo noodig, van het Provinciaal Kerkbestuur), hetwelk met de overgebleven kerkeraadsleden en, ingeval een consulent moet optreden, met dezen, doen zal wat des Kerkeraads is 2), en bevoegd is tot al hetgeen in dit Reglement en in de Bijzondere Reglementen aan den Kerkeraad is opgedragen.
1) Zie noot 3 bij art. 1 van het Syn. Regl.
voor de Kerkeraden.
2) Volgens art. 1 al. 4 Syn. Regl. voor de Kerkeraden
kan in bepaalde gevallen het Classicaal Bestuur, doende wat des
Kerkeraads is, zich door een Commissie van twee of drie zijner
leden laten vertegenwoordigen.