Hoofdstuk 1
Artikel 16
Zolang een dienaar des Woords aan een gemeente verbonden is voor
arbeid als bedoeld in artikel 10, zal deze in het onderhoud van
hem en zijn gezin voorzien, overeenkomstig de door de generale
synode vastgestelde bepalingen. Zij zal zich van deze plicht niet
ontslagen mogen rekenen, indien hij wegens ziekte of om een
andere wettige reden zijn werk tijdelijk niet kan verrichten.
Indien met toepassing van het derde lid van artikel 10 anderen
dan de kerkenraad mede verantwoordelijkheid dragen voor de
werkzaamheden van deze dienaar des Woords, kan met zijn
bewilliging geheel of gedeeltelijk op andere wijze in het
bovenbedoelde onderhoud worden voorzien.