Wanneer bij de uitvoering van de in de ordinantie voor de vorming van gemeenten gestelde regelen inzake centrale gemeenten zich een feit of omstandigheid voordoet, waarom het gewenst zou zijn inzake een onderdeel van die regelen af te wijken, kan het breed moderamen der generale synode van geval tot geval een afwijkende bepaling vaststellen voor een tijdvak, dat uiterlijk 31 December 1955 ten einde loopt.