Ordinantie voor het pastoraat.

 

I. De pastorale werkzaamheden.

Artikel 2.

Gewone werkzaamheden.

De gewone ambtswerkzaamheden worden verricht ten dienste van een gemeente en omvatten
de verkondiging des Woords,
de bediening van de sacramenten,
de dienst der gebeden,
de leiding van de kerkdiensten,
het afnemen van de openbare belijdenis des geloofs,
de bevestiging van de ambtsdragers en van hen, die in een bediening worden gesteld,
de kerkelijke bevestiging en inzegening van het huwelijk,
de leiding van de ambtelijke vergaderingen der Kerk,
voorts — met medewerking van de ouderlingen —
de herderlijke zorg,
de catechese,
de arbeid onder hen, die van het Evangelie zijn vervreemd, en
het medewerken aan de geestelijke vorming van de jeugd,
als ook, het met de ouderlingen bezig zijn in
het opzicht over de gemeente.