Naar de landelijke vergadering zendt elke regiovergadering vijf
stemhebbende afgevaardigden, voorzien van een bewijs van
afvaardiging en eventuele instructies. Van deze vijf
afgevaardigden worden, zo mogelijk, geen twee uit dezelfde kerk
gekozen.
De leiding van de landelijke vergadering berust bij een uit de
vergadering gekozen moderamen.
Een landelijke vergadering wordt in de regel elke drie jaar
gehouden. Vervroegde bijeenroeping vindt plaats:
Een landelijke vergadering wordt gesloten nadat haar agenda is
afgehandeld.
Zij kan echter ook in een haar voorgelegde gewichtige zaak
slechts een voorlopig oordeel geven. In dit geval wordt de
landelijke vergadering, nadat de agenda voor het overige is
afgehandeld, voorlopig gesloten.
Een landelijke vergadering wordt voorlopig gesloten indien ten
minste twaalf kerken de wens hiertoe voor opening van de
landelijke vergadering kenbaar gemaakt hebben, of indien een
derde deel van de aanwezige afgevaardigden zich hiervoor ter
vergadering uitspreekt.
Een voorlopig gesloten landelijke vergadering wordt voortgezet om
de zaken waarover zij een voorlopig oordeel gaf, af te
handelen.
Naar de voortgezette landelijke vergadering zendt elke kerk
rechtstreeks één stemhebbende afgevaardigde, voorzien van een
bewijs van afvaardiging.
Een oorspronkelijke afgevaardigde naar deze landelijke
vergadering heeft in de voortgezette vergadering een adviserende
stem. Hij kan door de kerk waarvan hij lid is, echter ook worden
aangewezen als haar stemhebbende afgevaardigde.
De notulen betreffende de zaken waarover een voorlopig oordeel is
gegeven, worden uiterlijk twee maanden na het uitspreken van het
voorlopige oordeel naar de kerken gezonden. De voortgezette
vergadering vindt binnen vier maanden na de voorlopige sluiting
plaats.
Een voortgezette landelijke vergadering kan een voorlopig besluit
— eventueel geamendeerd — aannemen of verwerpen, maar niet
vervangen.