Art. 337. De synode besluit de artikelen 40-45 (met uitzondering van art. 42 en 45) van de herziene kerkorde als volgt vast te stellen:
Artikel 40
1. Het praesidum van de kerkeraad berust bij de dienaar des
Woords of indien er in een kerk meer dienaren zijn, in de regel
beurtelings bij ieder van hen.
2. In geval een kerk geen dienaar des Woords heeft, berust het
praesidium bij een van de ouderlingen, daartoe door de kerkeraad
aangewezen.
Artikel 41
1. De kerkeraad zal in de regel tenminste éénmaal per maand
samenkomen.
2. Hij bepaalt in zijn regeling van werkzaamheden de wijze van
samenroeping van een buitengewone bijeenkomst.
(Zie voor een nadere wijziging van dit artikel art. 474.)
Artikel 43
1. Wanneer een kerk geen dienaar des Woords heeft, zal de raad
dier kerk aan de classis verzoeken volgens de door haar
vastgestelde regeling een dienaar des Woords uit een der naburige
kerken als consulent aan te wijzen om voorzover nodig aan de
kerkeraad leiding en raad te verschaffen.
2. De kerkeraad zal in belangrijke aangelegenheden, met name in
wat betrekking heeft op de beroeping van een dienaar des Woords,
de consulent raadplegen.
3. De consulent woont, indien hij daartoe is uitgenodigd, de
bijeenkomsten van de kerkeraad bij; aan hem kan dan het
praesidium van de bijeenkomst worden opgedragen.
4. De consulent is van zijn arbeid verantwoording schuldig aan de
classis.
Artikel 44
1. Wanneer in een plaats een kerkeraad moet worden ingesteld, zal
dit niet gebeuren dan met de medewerking en het goedvinden van de
classis.
2. Een zodanige kerkeraad zal uit tenminste drie leden bestaan.