Artikel 6.
Maatregelen bij nalatigheid.
In ernstige gevallen van nalatigheid alsmede bij ontrouw of wanbeheer kan het college de betrokkene voorlopig schorsen in de uitoefening van zijn functie en voordragen tot ontslag bij het generaal college of — zo het een ambtsdrager betreft — bij de ambtelijke vergadering onder welker opzicht hij is gesteld.