Artikel 10.
De benoeming tot catecheet.
De benoeming geschiedt door de kerkeraad der gemeente of de kerkeraden der betrokken gemeenten bij welk de catecheet werkzaam zal zijn, nadat over de keuze van degene, die wordt benoemd en over zijn acte van aanstelling met bijbehorende instructie overeenstemming is verkregen met de raad voor de catechese.