III. De verkiezing en bevestiging van herders en leraars.
Artikel 21.
De bevestiging.
De bevestiging van hem, die voor de eerste maal in het ambt van
dienaar des Woords bevestigd wordt, geschiedt met oplegging van
handen, waartoe de bij de bevestiging aanwezige dienaren des
Woords mede worden geroepen.