Aangaande het spelen der orgelen in de gemeenten houdt men, dat het gans behoort afgezet te wezen, volgens de leer van Paulus 1 Kor. 14: 19. En alhoewel men het alsnog in sommige van deze kerken, alleen in het einde der predikatiën gebruikt, op het scheiden van het volk, zo dient het nochtans meest om te doen vergeten wat men voorheen gehoord heeft, en is te bezorgen, dat het hierna tot superstitie gebruikt zal worden, gelijk het nu tot lichtvaardigheid dient, hetwelk zo het afgeschaft ware, men zoude de aalmoezen bekwamelijker aan de deuren in het uitgaan des volks verzamelen, dan dat men zulks in het midden der predikatie, tot grote hindernis van de dienst Gods doen moet.