Artikel 26a.
Losmaking bij ziekte en arbeidsongeschiktheid
Een predikant die gedurende twee jaar de ambtelijke werkzaamheden
wegens ziekte niet volledig heeft verricht − naar regels bij of
krachtens generale regeling gesteld −, terwijl op de dag na deze
twee jaar de mate van arbeidsongeschiktheid van betrokkene nog
niet is vastgesteld, wordt indien deze op die datum de
werkzaamheden in het geheel niet heeft hervat, door het breed
moderamen van de classicale vergadering met ingang van dezelfde
datum losgemaakt van de gemeente.
De betrokkene wordt voor de duur van vier jaar beroepbaar
predikant.1
1 Aanvulling kerkorde, ordinantie 3-26a, besluit generale synode d.d. 12 november 2009, ingegaan 1 januari 2010.