Hoofdstuk 1
Instructie voor de deputaten van de particuliere synode (artikel 56).
Deputaten moeten zich overtuigen:
a. dat er een aanvraag is om emertitaat;
b. dat indien de aanvraag uitgaat van de dienaar des Woords er
eveneens een verklaring is van de kerkeraad dat deze daarin
bewilligt;
c. dat de in de aanvraag genoemde reden voldoet aan het ter zake
in artikel 17 bepaalde, en dat indien ziekte of invaliditeit de
reden is, deze blijkt uit een verklaring van twee bevoegde
deskundigen, van wie althans één werd aangewezen door de
kerkeraad;
d. dat de classis de aanvrage gewettigd acht, eventueel nadat zij
bij verschil tussen de overgelegde verklaringen of
onduidelijkheid hierin het oordeel van een derde deskundige heeft
ingeroepen;
e. dat de classis zich heeft vergewist dat de kerkeraad
behoorlijke toezegging heeft gedaan in zake het onderhoud van de
emeritus te verklaren dienaar des Woords en diens gezin, en dat
daarbij gehandeld is in overeenstemming met de bepalingen vna de
generale synode; en
f. dat van een en ander een behoorlijk ondertekend stuk is
opgemaakt, waarvan gewaarmerkte afschriften aan kerk en dienaar
des Woords zijn verstrekt.
Arnhem 1902, art. 144
Zie Bijlage IV