Artikel 18.
De vorming van generale kassen en fondsen.
Deze vaststelling geschiedt niet, dan nadat over deze verplichting te voren overeenstemming is verkregen tussen de generale financiële raad en de algemene kerkvoogdijraad, dan wel — zo het een diaconaal belang betreft — de algemene diaconale raad, terwijl de laatstgenoemde twee raden bevoegd zijn in verband hiermede de colleges van kerkvoogden of diaconieën in regionale of generale bijeenkomsten ter raadpleging bijeen te roepen.