Artikel 2.
Kerkvisitatoren.
Van de visitatoren-generaal worden er vier benoemd door de generale synode voor een tijdvak van vijf jarern, en wel twee uit de dienaren des Woords en twee uit de ouderlingen der Kerk, terwijl het vijfde lid, dat tevens optreedt als praeses van visitatoren-generaal, door de synode voor een tijdvak van tien jaren wordt benoemd uit de dienaren des Woords of uit hen, die vroeger met dit ambt zijn bekleed geweest en de rechten als van een emeritus hebben.