Artikel 5.
De viering van het Avondmaal.
De bediening geschiedt, onder gebruikmaking van een daartoe bestemd formulier uit het dienstboek der Kerk en op de wijze door de kerkeraad vastgesteld, door hen, die daartoe in de orde der Kerk zijn aangewezen, bij aanwezigheid van tenminste twee der ouderlingen, die toezien, dat niet tot de dis des Heren toegaat, die daarvan geweerd moet worden en twee der diakenen, die aan de tafel dienen.