Artikel 24.
Bezwaren.
Zulk een bezwaar moet schriftelijk, ondertekend en met vermelding van redenen worden ingediend bij de kerkeraad, die dit, vergezeld van een toelichting zijnerzijds, binnen vier dagen doorzendt aan de provinciale commissie voor de behandeling van bezwaren en geschillen, die binnen veertien dagen na ontvangst van het bezwaarschrift over de ingediende bezwaren en over de geldigheid van de verkiezing een eindbeslissing geeft en haar ter kennis brengt van degene, die bezwaar heeft gemaakt en van de kerkeraad.