Artikel 7.
Combinatie.
Zulk een combinatie komt tot stand op verzoek van de kerkeraden
der gemeenten, onder goedkeuring van het breed moderamen der
provinciale kerkvergadering, bij besluit van het breed moderamen
der classicale vergadering, de provinciale kerkvoogdijcommissie
gehoord, nadat tussen de kerkeraden en laatstgenoemd moderamen
overeenstemming is verkregen over een onderlinge overeenkomst
tussen die kerkeraden, waarin onder meer een voorziening wordt
getroffen ten aanzien van
plaats, verdeling en tijdstip van de gewone en bijzondere
kerkdiensten en de regeling daarvan, zo de predikant wordt
geroepen een vacaturebeurt te vervullen;
de indeling van het pastorale werk;
de door de predikant te betrekken ambtswoning of de gemeente,
waar hij zijn woonplaats dient te hebben;
het aandeel van elke gemeente in de keuze van de predikant;
het aandeel van elke gemeente in de verplichtingen jegens de
predikantsplaats; en
de overige gemeenschappelijk te dragen kosten uit de combinatie
voortvloeiende.