Ordinantie voor de ambtelijke vergaderingen.

 

III. De provinciale kerkvergadering.

Artikel 7.

Samenstelling.

Naar deze vergadering worden, zo de kerkprovincie minder dan vijf classes omvat, telkens voor een tijdvak van vier kalenderjaren door elke classis afgevaardigd drie predikanten en drie ouderlingen, met dien verstande, dat bij toerbeurt en naar een door het breed moderamen der provinciale kerkvergadering vast te stellen rooster telkens gedurende een viertal kalenderjaren twee classes als een der ouderlingen een kerkvoogd en twee classes in plaats van een der ouderlingen een diaken afvaardigen.