Aan de Algemeene Synodale Commissie is, nevens hetgeen haar
verder in de bijzondere reglementen der Kerk tot taak is gesteld,
opgedragen:
1e. het uitvoeren van hetgeen de Generale Synode haar in last
heeft gegeven;
2e. het toezicht op de naleving van de kerkelijke reglementen en
van de besluiten der Generale Synode;
3e. het beslissen in vorderingen tot vernietiging van in hooger
beroep genomen besluiten, gedane uitspraken en genomen
beslissingen overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 14 en 15
van het Algemeen Reglement;
4e. de zorg voor de synodale fondsen naar het bepaalde
daaromtrent in Invoeringsbepaling 17 van dit reglement;
5e. het bijhouden van de gegevens betrekking hebbende op den
staat der Nederlandsche Hervormde Kerk;
6e. het geven van voorlichting aan de kerkelijke colleges inzake
algemeene zaken het bestuur der Kerk betreffende;
7e. de behandeling van de loopende zaken met de in additioneel
art. VII bedoelde organen van bijstand en het treffen van de
noodige maatregelen voor een vruchtbare samenwerking tusschen
deze organen en de kerkelijke vergaderingen en besturen;
8e. het uitbrengen van een verslag over haar belangrijkste
werkzaamheden aan de Generale Synode;
9e. het doorzenden — met de haar dienstig voorkomende opmerkingen
— aan de Generale Synode van de verslagen, welke krachtens de
reglementaire bepalingen bij de Commissie worden ingezonden.