C45 onttrekking
​C45.1 Wanneer iemand aangeeft niet langer tot de gemeente te willen behoren, zich zonder kennisgeving bij een andere kerkgemeenschap aansluit of bij verhuizing naar elders geen attestatie aanvraagt, en daar ondanks inspanningen van de kerkenraad en de gemeente bij blijft, berust de kerkenraad daarin en doet hij van de beëindiging van het lidmaatschap mededeling aan de gemeente.
C45.2 Wanneer iemand lange tijd elk contact met de ambtsdragers onmogelijk maakt, verklaart de kerkenraad na instemming van de gemeente zijn lidmaatschap voor beëindigd.

Consideratie classis Amersfoort
Classis Amersfoort legt de vinger bij de woorden “of bij verhuizing naar elders geen attestatie aanvraagt” en meent dat deze op twee verschillende situaties kan duiden: een gemeentelid dat naar elders verhuist en aldaar bewust geen kerkelijke aansluiting zoekt en daarmee ‘kerkelijk onderduikt’ òf een gemeentelid dat wel verhuist, maar wil blijven behoren tot de gemeente waar hij/zij lid was. De classis veronderstelt dat C45.1 zal zijn bedoeld voor het eerste geval en niet voor het tweede.

Preadvies deputaten
1. Het classisvoorstel beoogt geen inhoudelijke wijziging, maar stelt een vraag bij de formulering.
2. De classis stelt een reëel probleem aan de orde, aan te vullen met vergelijkbare bewegingen, zoals van kerkleden die verhuizen, zich in hun nieuwe woonomgeving eerst

^|23|

willen ‘oriënteren’ en pas daarna een attestatie aanvragen wanneer zij hun kerkkeuze hebben gemaakt.
3. Terecht waarschuwt de classis tegen een lichtvaardige constatering van onttrekking. Maar naar de mening van deputaten wordt dat al voldoende tegengegaan door de vermelding van “inspanningen van de kerkenraad en de gemeente” en de uitdrukking “berust daarin”. Daarin komt tot uitdrukking dat het hier verre van een administratieve maatregel betreft.
4. Tegelijk moet duidelijk zijn dat iemand die verhuist zonder een attestatie aan te vragen, daarmee niet blijvend het recht behoudt om altijd maar ‘een kerkelijk paspoort’ te houden in de gemeente die hij verliet. C45.1 geeft de kerkenraad de bevoegdheid om op te treden tegen onkerkelijk gedrag, maar uiteraard met alle wijsheid en geduld.

Voorstel deputaten
C45.1 niet wijzigen.