Alzo bevonden wordt, dat tot nog toe verscheiden gebruiken in huwelijkse zaken alom onderhouden zijn, en nochtans wel oorbaar is gelijkvormigheid daarin gepleegd te worden, zo zullen de kerken blijven bij het gebruik, ’t welk zij conform Gods Woord en voorgaande kerkelijke ordinantiën tot nog toe onderhouden hebben, totdat bij de hoge overheid (die men daartoe met den eersten zal verzoeken) een generale ordonnantie, met advies der kerkendienaren, daarop gemaakt zal zijn, tot dewelke deze kerkenordening zich in dit stuk refereert.