Zij die nog slechts sinds korte tijd gekomen zijn tot het belijden van de gereformeerde leer, mogen slechts met grote zorgvuldigheid en voorzichtigheid en met inachtneming van het bepaalde in art. 4 sub 4 en art. 8 K.O. tot de dienst des Woords en der sacramenten worden toegelaten. Vooraf zullen ze minstens een jaar zorgvuldig op de proef gesteld worden.